Genesis 47:7

SVEn Jozef bracht zijn vader Jakob mede, en stelde hem voor Farao's aangezicht; en Jakob zegende Farao.
WLCוַיָּבֵ֤א יֹוסֵף֙ אֶת־יַֽעֲקֹ֣ב אָבִ֔יו וַיַּֽעֲמִדֵ֖הוּ לִפְנֵ֣י פַרְעֹ֑ה וַיְבָ֥רֶךְ יַעֲקֹ֖ב אֶת־פַּרְעֹֽה׃
Trans.wayyāḇē’ ywōsēf ’eṯ-ya‘ăqōḇ ’āḇîw wayya‘ămiḏēhû lifənê farə‘ōh wayəḇāreḵə ya‘ăqōḇ ’eṯ-parə‘ōh:

Algemeen

Zie ook: Aangezicht, Gelaat, Farao, Jakob, Jozef (zn v. Jakob)

Aantekeningen

En Jozef bracht zijn vader Jakob mede, en stelde hem voor Farao's aangezicht; en Jakob zegende Farao.


Vertaalnotities

Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
    Zie hier over het gebruik van de interlineair.

וַ

-

יָּבֵ֤א

bracht

יוֹסֵף֙

En Jozef

אֶת־

-

יַֽעֲקֹ֣ב

Jakob

אָבִ֔יו

zijn vader

וַ

-

יַּֽעֲמִדֵ֖הוּ

mede, en stelde

לִ

-

פְנֵ֣י

aangezicht

פַרְעֹ֑ה

hem voor Faraö’s

וַ

-

יְבָ֥רֶךְ

zegende

יַעֲקֹ֖ב

en Jakob

אֶת־

-

פַּרְעֹֽה

Faraö


En Jozef bracht zijn vader Jakob mede, en stelde hem voor Farao's aangezicht; en Jakob zegende Farao.


Koop nu

Commentaar

Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!